Zingen als Spiegel: Acceptatie
Ik vind mijn stem niet mooi. Heb ik ook nooit mooi gevonden. Althans, zolang ik me kan herinneren, want ik geloof niet dat ik een hekel aan mijn stem kan hebben gehad toen ik net geboren was. Dat ik mezelf als baby hoorde huilen en dacht: juk, wat een lelijk huiltje, dat klinkt toch niet? Nee, het zal later gekomen zijn, maar voor mijn gevoel weet ik niet beter dan dat ik een haat-liefde verhouding heb met mijn stem. Doe daar nog het nodige commentaar van ‘professionals’ bij en voila: zie hier de zangeres die niet meer durft te zingen, omdat haar stem niet aan te horen is.
Toen ik jonger was, had ik er -ondanks mijn eigen negatieve kijk op het geluid van mijn stem- minder moeite mee om te zingen. Dan dacht ik: ach, als anderen het mooi vinden, dan mogen ze dat vinden. Dan doe ik het in ieder geval voor hen. Zij blij, ik blij, allemaal tevreden. En zo ging dat een paar jaar goed.
Hoog vs. verhaal
Tot ik op het conservatorium kwam en de lat én het stembereik opeens veel hoger lagen. Kennelijk was het de bedoeling dat je vooral heel hoog kon zingen en ging het er niet echt om of je mensen kon raken met jouw verhaal. De memo had ik hier geloof ik van gemist, dus ik werd toen vooral onzeker omdat ik niet zo hoog kon en vanuit die onzekerheid deed ik er alles aan om mijn bereik te vergroten. Zodat ik ook kon zeggen: ja, inderdaad. De hoge e. In borststem (want zo noemden wij dat toen nog en dat was een hele prestatie als je dat kon bereiken). Doel bereikt, ik kon hoog zingen.
Maar iets in mij bleef zeuren dat het nog steeds niet goed was, niet mooi genoeg, niet hoog genoeg, niet puntje puntje genoeg. En ik gaf er de brui aan. Jaren durfde ik niet meer te zingen. Zelfs mijn eigen liedjes die ik schreef, waren (volgens mij) niet om aan te horen als ik het zou zingen. Dus liet ik dit ook liggen. Ik heb een hele stapel boekjes met hierin mijn liedjes. Prachtige liedjes, maar nooit bezongen zoals ik het zou willen, want die vervelende stem van mij… En dus liggen ze in een hoekje van de kast te verstoffen.
Net als mijn stem.
Tussendoor heb ik nog geprobeerd om er iets moois van te maken, om meer te klinken als een jazz-zangeres met een zwoele stem. Dus bracht ik kleur aan in de hoogte, warmte in de laagte, oefende ik toonladders in deze nieuwe klankkleur. Net zolang, tot ik tevreden was met de klank die ik produceerde. Maar je raadt het al: tevreden ben ik nooit geweest. Sterker nog, hierdoor ben ik mijn eigen stem nog meer kwijt geraakt (soms letterlijk). En een stukje van mezelf, zo voelt het vaak. En ben ik moe van al dit eromheen-gedraai.
acceptatie
Uiteindelijk gaat het om accepteren van wat je is gegeven. Ik heb mijn stem vervloekt: waarom klink ik niet als Aretha Franklin, of als Norah Jones? Waarom is mijn stem lelijk, maar heb ik de sterke neiging om te zingen? Wat is dit voor een flauwe grap? Maar ik ontkom niet aan het feit, dat ik gewoon W.I.L. Z.I.N.G.E.N. Mooi of niet mooi. Zwoel of niet. Het wordt tijd dat ik mijn stem ga accepteren in hoe hij klinkt. Dus zing ik bijna dagelijks mijn longen uit mijn lijf (sorry, buurvrouw ;)) en omarm ik wat er is. Dat sommige kleuren niet op mijn palet zitten, bepaalde hoogtes niet bij mij passen. Ik moet het doen met de stem die ik heb, dus dan kan ik er maar beter goed voor gaan zorgen.
Net zoals je ook moet zorgen voor en houden van jezelf, in al je imperfecties en onstuimigheden. Het gaat om de acceptatie van wie jij bent. Hoog, laag, zwoel, scherp. Het mag er allemaal zijn. Het mag allemaal gehoord worden.
Net als jouw stem.
Dit is op dit moment mijn favoriete lied, die ik graag zing in ere van mijn stem. Omdat na jaren van kritiek, mijn stem ook mijn liefde wel verdient ❤️
Add A Comment